Een wetenschappelijk referentiekader voor veilig(er) werken
Er is veel aandacht voor veiligheid in bedrijven, maar vaak richt die zich op de persoon of de organisatie. Hierbij gaat het vooral om ‘weet dit’ en ‘doe dat’. Maar hoe zit het met de totale dynamiek van individu, team en organisatie?
Drie facilitators bepalen de veiligheid:
Organisatie
De organisatie legt het fundament voor veilig werken door het bieden van beleid, Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM’s), de Veiligheidsladder en training.
Team
Waar mensen samenwerken hangt veiligheid deels af van de mate waarin ze als team effectief zijn, en van het veiligheidsklimaat waarin zij werken.
Individu
Voor individuele werknemers zijn er opleidingen en trainingen, vaak gericht op de technische vaardigheden die nodig zijn om veilig te kunnen werken en op de veiligheidsregels. Zij moeten zelf de vertaalslag maken naar hun eigen gedrag.
Want je kunt alles over veiligheid ‘weten’, maar veilig ‘handelen’ doe je pas zodra je je veilig ‘voelt’.
Hoe realiseer je een goed veiligheidsklimaat?
Voor het realiseren van een veiligheidsklimaat gelden vijf randvoorwaarden:
Psychologische veiligheid:
je durft ideeën te opperen en fouten toe te geven.
Onderling vertrouwen:
je weet dat je van je collega’s op aan kunt.
Collectief gevoel van effectiviteit:
je weet dat we het met z’n allen kunnen.
Situatiebewustzijn:
je kunt de werksituatie waarnemen, begrijpen en de toekomstige situatie voorspellen.
Gedeelde mentale modellen:
je hebt hetzelfde idee als je collega’s over de doelen, werkwijze, ieders rol, de teamnormen en de middelen.